EU aan Trump’s heffingen ontsnapt: werkelijke winst of schijnsucces?

EU aan Trump’s heffingen ontsnapt: werkelijke winst of schijnsucces?

Naoufal
Naoufal
10 Apr 2025 1242 likes

De wereldhandel staat al geruime tijd onder druk en deze druk lijkt de afgelopen jaren enkel te zijn toegenomen. De Verenigde Staten, onder leiding van Donald Trump, hebben met hun importheffingen voor aanzienlijke opschudding gezorgd. Nu lijkt het er echter op dat de Europese Unie (EU) voor een deel aan deze heffingen ontsnapt. Hoewel dit wellicht positief klinkt, is het de vraag of dit werkelijk in het voordeel van de EU werkt. In deze blog wordt kritisch onderzocht wat Trump precies beoogt, hoe dit de markten verstoort – inclusief de Amerikaanse markt zelf – en welke stappen Europa kan nemen om minder afhankelijk te worden van grootmachten zoals de Verenigde Staten en China. Het is immers duidelijk dat beide landen momenteel meer problemen dan oplossingen bieden.


Trump en zijn heffingen: een chaos voor de markt

Donald Trump heeft, sinds hij opnieuw aan de macht is, geen moment onbenut gelaten om zijn “America First”-beleid te implementeren. Een van zijn voornaamste instrumenten hierbij is het invoeren van importheffingen. Hij kondigde aan tarieven van 20% op Europese producten in te willen stellen, en voor andere landen, zoals China, zelfs nog hogere percentages. Het doel is simpel: buitenlandse producten duurder maken, zodat de binnenlandse consumptie van Amerikaanse producten wordt gestimuleerd. In de praktijk blijkt het echter veel ingewikkelder te liggen, wat in het verleden al zichtbaar was.

De werking van die heffingen is als volgt: Trump stelt dat hij de Amerikaanse economie hiermee ondersteunt, maar economen zijn het daar niet mee eens. Door producten uit Europa of China duurder te maken, moeten Amerikaanse bedrijven en consumenten uiteindelijk meer betalen. In 2018, toen Trump reeds heffingen op staal en aluminium invoerde, stegen bijvoorbeeld de autokosten in de Verenigde Staten aanzienlijk. Wie draaide daarvoor op? Niet Europa of China, maar de Amerikaanse consument. In 2025 lijkt hij hetzelfde te willen doen, maar dan in versterkte mate. Een tarief van 20% op alle EU-producten betekent dat Amerikaanse winkels hogere inkoopprijzen krijgen, wat leidt tot doorberekening aan de klant. Dit vergroot de inflatie, vermindert de koopkracht en kan ertoe leiden dat importafhankelijke bedrijven failliet gaan. Dit alles is niet bepaald een solide plan.

Bovendien is er ook de tegenreactie vanuit de EU. De Europese Unie zal zich hier niet zomaar bij neerleggen. In het verleden werd al gereageerd met tegenheffingen op typisch Amerikaanse producten, zoals bourbon of Harley-Davidson-motoren. Mocht Trump doorgaan, dan ligt een dergelijke vergeldingsactie opnieuw voor de hand. Wie ondervindt daar de gevolgen van? In de eerste plaats de Amerikaanse bedrijven die exporteren naar de EU. Deze handelsaanpak oogt daarom eerder als een spel zonder winnaars. Trump lijkt ervan uit te gaan dat hij de wereld zijn spelregels kan opleggen, maar hij schaadt zijn eigen economie evenzeer als die van anderen.


Amerika schaadt zichzelf: een les in kortzichtigheid

De achterliggende gedachte bij Trumps heffingen klinkt wellicht daadkrachtig – Amerika opnieuw groot maken door zelfvoorzienend te worden – maar in wezen is het beleid kortzichtig. De internationale handel is geen simpele tweedeling van “wij tegenover zij”: goederen passeren meerdere grenzen voordat zij op de markt komen. Een in Amerika geproduceerde auto bevat bijvoorbeeld onderdelen uit Europa, Azië en Zuid-Amerika. Een importheffing verhoogt de kosten van dergelijke componenten en dus de prijs van het eindproduct. Bedrijven verplaatsen zich niet direct van Europa naar Amerika, zoals Trump hoopt; zij richten zich eerder op andere, meer lucratieve markten, zoals China of India.

Daar komt nog bij dat de Verenigde Staten zelf een aanzienlijk handelstekort hebben. In 2024 bedroeg dat tekort met Europa alleen al 200 miljard euro. Dat betekent dat de Verenigde Staten meer importeren dan exporteren. Importheffingen lossen dit probleem niet op, want de Amerikaanse behoefte aan goederen die zij zelf niet fabriceren blijft bestaan. Denk bijvoorbeeld aan medicijnen, elektronische chips of luxeproducten, zoals Franse wijn. Door een importheffing stijgt simpelweg de prijs van deze goederen, waardoor de Amerikaanse consument duurder uit is. Economen waarschuwen al voor een mogelijke recessie, zowel in Europa als in de Verenigde Staten. Het beleid van Trump oogt daardoor als een risico voor de eigen welvaart, iets wat hij zelf niet lijkt in te zien of erkent.


China: de andere kant van de medaille

Wanneer er gesproken wordt over grootmachten, is China eveneens een belangrijke factor. China hanteert een totaal andere strategie, maar vormt niettemin een even groot risico voor Europa. Waar Trump inzet op heffingen, kiest China voor tactieken zoals het op grote schaal aanbieden van goedkope producten, vaak geproduceerd met overheidssteun. Hierdoor wordt het voor Europese bedrijven moeilijk om te concurreren, met name in sectoren als zonnepanelen of elektronica. Daarnaast is er de zorgwekkende wijze waarop China met mensenrechten omgaat, bijvoorbeeld in de productieketens. Arbeiders in sweatshops en de onderdrukking van Oeigoeren illustreren de schaduwzijde van deze goedkope productie.

China is bovendien een onbetrouwbare handelspartner. Het land leeft regels van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) niet altijd na en gaat losjes om met intellectueel eigendom. Europese ondernemingen die in China willen investeren, moeten vaak hun technologie delen. Daar komt de recente verzwakking van de Chinese economie bij, mede door problemen in de vastgoedsector. Als Europa te afhankelijk wordt van China, is het kwetsbaar voor schommelingen en beleidswijzigingen waar het zelf weinig invloed op kan uitoefenen. Zowel de Verenigde Staten als China vormen daarmee een potentiële bedreiging voor de stabiliteit van de Europese markt.


Europa’s koers: weg van Amerika en China

Hoe kan Europa zich uit deze situatie bevrijden? De afhankelijkheid van zowel de Verenigde Staten als China roept vragen op over de Europese zelfredzaamheid. De oplossing ligt wellicht in het versterken van de eigen positie, zonder zich volledig af te keren van de wereldhandel. Hieronder volgen enkele suggesties die effectief kunnen zijn.

  1. Investeren in eigen industrie
    Europa doet er goed aan minder uit te besteden en meer lokaal te produceren. De Europese Unie beschikt over voldoende kennis en hoogopgeleide arbeidskrachten om bijvoorbeeld zelf microchips te fabriceren. Door middel van subsidies kunnen bedrijven gestimuleerd worden fabrieken binnen de EU te bouwen. Dit is een investering, maar op lange termijn voordeliger dan voortdurend afhankelijk blijven van extern beleid. Duitsland en Nederland zijn al sterke industriële centra, en uitbreiding hiervan kan banen creëren en de grip op de eigen toeleveringsketen versterken.

  2. Handel met andere landen uitbreiden
    De focus moet niet uitsluitend op de Verenigde Staten en China liggen. Er zijn andere opkomende markten, zoals India, Brazilië en Zuid-Afrika, waar de EU samenwerkingsverbanden kan aangaan. Hiermee wordt het economische risico verspreid. Spanje kan bijvoorbeeld voldoende sinaasappelen produceren en Brazilië kan sojabonen leveren, zodat Europese landen minder afhankelijk zijn van de grillen van grootmachten. Dit vergroot tevens de groeikansen in die landen.

  3. Een sterkere interne markt
    De interne markt van de EU omvat ruim 400 miljoen consumenten, wat een enorm potentieel vertegenwoordigt. Door barrières als bureaucratie en ingewikkelde regelgeving weg te nemen, kan onderlinge handel binnen Europa worden gestimuleerd. Dit vereist hervormingen op het gebied van wetgeving en belastingstructuren, maar kan de EU uiteindelijk uit laten groeien tot een krachtig economisch blok.

  4. Defensie en energie op eigen benen
    Ten slotte is het voor Europa essentieel om niet alleen economisch, maar ook defensief en qua energievoorziening minder afhankelijk te worden. Trump dreigt al geruime tijd met het beperken van Amerikaanse betrokkenheid bij de NAVO, terwijl China een groot deel van de wereldwijde grondstoffen voor batterijen en zonnepanelen beheerst. Investeren in Europese, duurzame energie, zoals windenergie in de Noordzee, kan de afhankelijkheid verminderen. Evenzeer is het belangrijk te werken aan een gezamenlijke Europese defensie, zodat men niet langer op de Verenigde Staten hoeft te vertrouwen. Hoewel dit kostbaar en tijdrovend is, biedt het op de lange termijn meer stabiliteit en veiligheid.


Waarom beide grootmachten nu een probleem zijn

Op het eerste gezicht verschillen de Verenigde Staten en China sterk van elkaar, maar in hun benadering van de wereldhandel tonen ze opvallende overeenkomsten: beide handelen voornamelijk uit eigenbelang. Trumps heffingen zijn een poging om de wereldeconomie te laten buigen voor Amerikaans voordeel, waarbij hij de negatieve gevolgen voor zijn eigen bevolking lijkt te negeren. China opereert met subtielere methoden, maar is evengoed gericht op eigen voordeel. Beide grootmachten houden zich niet strikt aan internationale regels en zetten Europa economisch onder druk.

Voor de EU is dit een belangrijk signaal om actie te ondernemen. Afwachten totdat de Verenigde Staten of China hun beleid wijzigen, is geen optie. Hoewel protectionisme geen duurzaam antwoord is, moet Europa bewuster en veerkrachtiger worden in zijn handelspolitiek. Zowel Amerika als China is momenteel onvoorspelbaar en onbetrouwbaar, waardoor de Europese Unie moet inzetten op zelfredzaamheid. De EU beschikt immers over alles wat nodig is om een eigen koers te varen: kennis, technologie en een omvangrijke consumentenmarkt. Het is zaak deze sterke punten optimaal te benutten.


Wat betekent dit voor de toekomst?

Als de EU inderdaad deels aan de Amerikaanse heffingen van Trump weet te ontkomen, is dat een bescheiden meevaller. Het mag echter geen reden zijn om zelfgenoegzaam te worden. Trump staat bekend om zijn grilligheid en kan van de ene op de andere dag opnieuw van strategie veranderen. Ook China blijft een sluimerende dreiging, altijd bereid om in te spelen op kansen die de Verenigde Staten laten liggen. De wereldhandel verkeert in een instabiele situatie, waarbij Europa zich tussen twee grootmachten bevindt.

Toch is er reden voor optimisme. Wanneer de EU haar beleid daadkrachtig vormgeeft, kan zij sterker uit deze moeilijke periode komen. Onafhankelijkheid van zowel de Verenigde Staten als China is niet langer enkel wenselijk, maar noodzakelijk. Trump mag geloven dat hij de touwtjes in handen heeft en China mag zich presenteren als onverslaanbaar, maar Europa heeft iets wat bij deze grootmachten minder centraal staat: eenheid en een langetermijnperspectief. Door die kwaliteiten te benutten en te investeren in eigen productie, handelspartners en defensie, kan de EU haar toekomst opbouwen zonder te worden gedicteerd door grootmachten die in de eerste plaats aan zichzelf denken.

Naoufal

Naoufal

Politiek Analist

Deelt inzichten over politieke ontwikkelingen in Nederland en Europa. Volg voor meer analyses en updates over actuele politieke thema's.

Blijf op de hoogte

Ontdek meer interessante blogs